In de huidige manier van leven is tijd een van de belangrijkste maatstaven. Niet alleen op de werkvloer maar ook in ons persoonlijke leven is tijd een maatgever waarin we van alles moeten en willen doen. Tijd kan dus een ‘vijandige’ grootheid zijn die, als we niet oppassen, de allerbelangrijkste stuwende kracht wordt in ons (werkende) leven. Waarom wordt deze grootheid dan als eerste genoemd in een artikel waar onderhoud als eerste (en laatste) in de titel staat?
Dat is omdat er steeds minder tijd is, of wordt gemaakt, om doelmatig onderhoud uit te voeren. In dit geval spreek ik over medische systemen maar dit geldt net zo goed voor medische ruimten, onze auto of fiets en evenals voor onszelf. Immers heeft de mens ook een ‘technische’ levensduur en dient er regelmatig onderhoud uitgevoerd te worden. Dit kan preventief of correctief onderhoud zijn. Voor de mens is preventief onderhoud vaak te vinden in vrijetijdsbesteding (vakantie, weekendjes weg, dagje wellness) en wanneer het correctief is, dan zijn we ziek. Voor onze auto’s is op dit gebied iets wettelijks vastgelegd, namelijk de beruchte Auto Periodieke Keuring (APK) en er is zelfs een sanctiebeleid op het naleven hiervan.
Vreemd genoeg laten wij het periodiek (of preventieve) onderhoud van onze medische systemen nog weleens wegdrukken omwille van de tijd. Veel gehoord is: “Er staan nu patiënten gepland, kan dat niet buiten de patiënten uren?”, “We hebben veel spoed patiënten, het systeem moet altijd beschikbaar zijn”, “ja, dat geeft zo’n rommel steeds, moet dat echt?”
Een fabrikant van medische apparatuur omschrijft het nut van periodiek onderhoud als volgt:
“Preventief onderhoud is van essentieel belang om ervoor te zorgen dat uw systeem optimaal blijft functioneren. Door regelmatig onderhoud uit te voeren kunnen potentiële problemen vroegtijdig opgespoord en zo nodig planmatig verholpen worden, waardoor onverwachte storingen worden geminimaliseerd en inzetbaarheid van uw systeem extra wordt geborgd.”
Onderhoud, inspectie, controle, keuren
Bij de eerdergenoemde auto APK hebben we het over ‘keuren’. Maar om de keuring te laten slagen is er onderhoud nodig. Welke definitie waarbij hoort en wat er precies bedoeld wordt kan nog wel eens verloren gaan in de discussie. De Dikke Van Dale omschrijft:
con·tro·le (de; v(m); meervoud: controles)
1) toezicht: onder controle staan gecontroleerd worden; sociale controle informeel toezicht door buren en andere omwonenden
2) plaats waar gecontroleerd wordt: niet door de controle komen
3) beheersing: iets onder controle hebben iets in bedwang hebben, beheersen; de controle over het stuur verliezen waardoor je van de weg raakt, uit de bocht vliegt e.d.
Het een voor een uitschrijven van de definitie(s) gaat voor nu te ver, maar vast staat dat er gesproken wordt over de kwaliteit en toestand van een object, toestel, instrument of apparaat. Dit is wat wij als verantwoorde(lijke) medisch technici graag willen weten en stopt dus niet bij het afstoffen en het afvinken van een (digitaal) lijstje. Medische apparatuur dient te voldoen aan de norm NEN-EN-IEC 60601 met de daarbij behorende addenda om het betreffende toestel, apparaat of instrument veilig toe te kunnen (mogen) passen voor het beoogde gebruik. Het een hoeft het ander ook niet uit te sluiten. Bijvoorbeeld, bij het uitvoeren van het preventieve onderhoud kan ook een controle horen van het functioneren van een apparaat. Is sommige gevallen is een keuring weer van toepassing, wat in feite ook hoort bij een preventief onderhoud. Immers kan er tijdens het onderhoud een herstelbaar of onherstelbaar defect worden geconstateerd waardoor een apparaat voor korte of lange tijd kan worden afgekeurd. Registratie is hierin een hele belangrijke factor. Hierover later meer.
Norm, wet, voorschrift, afspraak
Nog een wirwar waar we als technici mee te maken hebben zijn de diverse normen, wetten, voorschriften en afspraken:
De Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) en het Arbeidsomstandighedenbesluit beschermen werknemers bijvoorbeeld tegen nadelige invloeden voor de gezondheid tijdens het uitoefenen van een beroep. Voor technici betekent dit een gezonde en veilige werkomgeving. Hierbij dient er bijvoorbeeld voldoende werklicht aanwezig te zijn, evenals hulpmiddelen om het menselijke lichaam te ontlasten en er moeten er persoonlijke beschermingsmiddelen worden aangeboden door de werkgever (denk hierbij aan bijvoorbeeld veiligheidsschoenen, handschoenen, gehoorbescherming maar ook laskappen en dergelijke). Ook lawaai en zwaar tillen worden hierin omschreven.
Wat betreft ioniserende straling zijn er het Besluit basisveiligheidsnormen stralingsbescherming (Bbs) en het Besluit stralingsbescherming (Bs) waarin wettelijk wordt geregeld hoe er veilig met ioniserende straling moet worden omgegaan. In de elektrotechnische sfeer wordt er weer gekeken naar de norm NEN 3140 waarin wordt omschreven hoe om te gaan met elektrotechnische installaties en arbeidsmiddelen waar medische toestellen ook onder vallen.
Voor medische toestellen specifiek wordt er gekeken naar de eerdergenoemde NEN-EN-IEC 60601, wat in feite een fabricage norm is. Voor het periodiek onderhouden van medische apparatuur is de norm NEN-EN-IEC 62353 van toepassing, deze heeft dan ook de titel ‘Medische elektrische toestellen – Periodiek testen en testen na reparatie van medische elektrische toestellen’. Het is raadzaam om voor het onderhoud deze laatstgenoemde norm te gebruiken omdat een fabricagenorm per definitie zeer uitgebreid is en daardoor minder handzaam en begrijpelijk te raadplegen valt. Veel elektrische veiligheidstesters hebben de definitie van beide normen ingebouwd in een vooringesteld programma of sjabloon (template).
De norm NEN-EN-IEC 62353 is gebaseerd op de norm NEN-EN-IEC 60601 en heeft veel overeenkomsten. In de scope van de norm NEN-EN-IEC 62353 staat de tekst ‘This standard is also applicable to tests after REPAIR’, waarmee wordt aangegeven dat een toestel na reparatie niet de test behoeft te doorlopen, die is voorgeschreven in de fabricage norm, wanneer de voorgeschreven test van de NEN-EN-IEC 62353 succesvol doorlopen wordt. Ook staan de definities genoemd van de zogenaamde Applied Parts (patiëntdelen of connecties): Body (B), Body Floating (BF) en Cardio Floating (CF) en de uit te voeren tests en testmethodieken. Deze drie definities zeggen iets over de mate van bescherming tegen elektrisch schok van de patiënt.
Naast de normen zijn er ook nog richtlijnen en afspraken. Deze zijn vaak ‘slechts’ nationaal van kracht maar dienen toch als (soms enige) houvast wanneer er geen wet- of regelgeving van toepassing is. Voorbeelden hiervan zijn de richtlijnen die de Nederlandse Vereniging voor Klinische Fysica (NVKF) hanteert voor onder andere de Kwaliteitscontrole van Radiologische Apparatuur (Leidraad Kwaliteitscontrole Radiologische Apparatuur versie 3.01) of de Stuurgroep Flexibele Endoscopen Reiniging en Desinfectie (SFERD) voor het Kwaliteitshandboek Reiniging en Desinfectie Flexibele Endoscopen (versie 6). In dit laatste specifieke geval wordt er zelfs gesproken over een ‘Veldnorm’.
Registratie, documenteren
Dat medische apparatuur geregistreerd wordt, vinden we tegenwoordig al heel normaal. Immers willen we weten wat voor een apparaat het is en waar deze thuishoort. Met de tegenwoordige registratiesystemen kunnen we door middel van een nummering en een bijbehorende bar- of QR-code al veel informatie van een apparaat opslaan. Denk hierbij aan serienummers, typenummers, fabrikant gegevens maar ook informatie over het eigenaarschap zoals afdeling- en kostenplaatsen. Interessant wordt het als we ook de historische gegevens van een apparaat kunnen raadplegen. Zo kan er opgemerkt worden dat een bepaalde storing veelvuldig voor kan komen en wat de bijbehorende oplossing is. Onderdeel hiervan is dus ook de onderhoudsdocumentatie en bijbehorende testresultaten.
In hoofdstuk 6 van de norm NEN-EN-IEC 62353 wordt omschreven welke gegevens de testresultaten moeten bevatten om een uitgevoerde test als voldoende geregistreerd te mogen beschouwen. De bedoeling is dat deze resultaten voor toekomstig gebruik kunnen worden geraadpleegd wanneer er een afwijking of storing aan het licht komt. Een vinkje met de tekst “goed” of “gedaan” is dan simpelweg een onvoldoende waardeoordeel. Interessant om te weten is hoe de staat is van een apparaat in de loop van zijn technische levensduur. Wat doen de uitwendige invloeden met het apparaat en hoe intensief wordt een apparaat gebruikt? Dit zijn allemaal maatgevers voor onderhoud maar ook voor (technische) levensduur. Zo kan er op basis van dergelijke rapportages vastgesteld worden dat een technische levensduur niet behaald kan (of zal) worden en dat dit bijgesteld moet worden. Ook kan de onderhoudsfrequentie bijgesteld worden om uitval te voorkomen.
Beheren en beheersen
Met het beheren van medische apparatuur mag er ook een deel beheersing verwacht worden. Omdat het onmogelijk is voor een technicus om ieder apparaat van A tot Z te kennen zal er hier een samenwerking moeten zijn tussen de gebruikers (arts, verpleegkundige, laborant) en de technici.
Ook is een storingsomschrijving onmisbaar. Een vaak gehoorde “is stuk”, “doet het niet” en “stom ding” is voor een technicus natuurlijk geen goed begin (hoe treffend dan ook). Met een niet juist geformuleerde klacht komt er ook een niet juiste oplossing naar voren.
Voor technici is er niet alleen nog de uitdaging om kennis te hebben van de limieten welke in de normen staan omschreven, maar ook om te denken ‘in de geest van de norm’. Bijvoorbeeld tijdens de meting van de aardweerstand (protective earth resistance). Als deze bij de netentree (of op het aansluitsnoer) al 191 mΩ is dan zal deze volgens de letter van de norm voldoen. Hoewel ieder meetinstrument zal aangeven dat deze meting “passed” of “voldoet”, moet de technicus toch even kijken waarom de weerstand al zo dicht tegen de normlimiet van 200 mΩ aan zit. Ook hierbij kan het zinvol zijn om de voorgaande tests te raadplegen. Wanneer de aardweerstand een jaar eerder bijvoorbeeld 39 mΩ was dan wordt het toch echt tijd om het netsnoer te vervangen. De volledige meting zal daarna echter opnieuw moeten worden uitgevoerd, er is immers een (aanvullende) reparatie geweest. Daarmee is de cirkel rond; er is tijdens een onderhoudscyclus een sluimerend defect gesignaleerd waarmee ongepland uitval is voorkomen. De (patiënt)veiligheid is gewaarborgd en de storing kan worden geregistreerd zodat dit bij eenzelfde apparaat soort ook opgemerkt kan worden.
Referenties
- NEN-EN-IEC 62353
- NEN-EN-IEC 60601
- wetten.nl (Besluit basisveiligheidsnormen stralingsbescherming (Bbs) en Besluit stralingsbescherming (Bs))
- Fluke
- Leidraad Kwaliteitscontrole Radiologische Apparatuur versie 3.01:
- Kwaliteitshandboek Reiniging en Desinfectie Flexibele Endoscopen (versie 6)